De winterse kou heeft nog steeds vat op de tuin.
Wintergroene planten, struiken, en bomen in onze borders
geven beschutting, kleur en sfeer. Maar hoe beschermen die zich tegen de kou? Wat
betekent winterhard zijn voor deze planten? In de loop van hun evolutie hebben
planten zich aangepast met de meest ingenieuze middelen, zoals antivries. Als
voorbereiding op de vorst verhogen planten de concentratie suikers en andere
chemische stoffen in hun cellen, met een heuse vriespuntdaling als gevolg. De
cellen vriezen dan niet zo snel kapot. Bij meer vorst treedt er water uit de
cellen naar de tussenruimtes. Het gevolg daarvan is dat de cellen niet meer
strak staan (lage turgor) zodat alles slap gaan hangen, zoals bij de bloemstelen van oosterse kerstroos (Helleborus orientalis).
Het ziet er uit of de plant dorst heeft en fysiologisch lijkt de situatie daar
op, maar geef in geen geval water. Zodra de vorst verdwijnt gebeurt het omgekeerde en richten de stelen zich weer op.maandag 25 februari 2013
maandag 11 februari 2013
Voorjaar en vogelzang
Begin januari was het
zacht en zonnig en onmiddellijk hoorden we de eerste zingende koolmezen of een zacht murmelende roodborst. Wat
een voorjaarsgevoel! Hoe werkt dat ook alweer precies met voorjaar en
vogelzang? Daar is veel onderzoek naar gedaan. De koolmees heeft – net als
andere zangvogels – een complex, ingebouwd mechanisme dat mannetjes en
vrouwtjes voorbereid op het voortplantings-seizoen. De toenemende daglengte is
daarvoor hèt cruciale signaal. Licht wordt waargenomen via het oog en in de
hersenen stimuleert dat de productie van neurohormonen (in de hypothalamus en
de hypofyse). Die hormonen prikkelen verschillende organen, zoals de
geslachtsorganen die zich ontwikkelen voor de voortplanting. Maar ook de
spiertjes van het spraakorgaan van de vogel (syrinx) worden geprikkeld: de vogel
gaat zingen.
Elke vogel zingt het lied
van zijn soort. Deze soort specifieke zang is deels erfelijk vastgelegd, maar
moet ook geleerd worden. Jonge vogels moeten de zang van een mannetje (meestal
hun vader) horen binnen twee maanden nadat ze uit het ei komen. Daarna moet een
jong mannetje nog veel oefenen om het zo goed te kunnen dat hij rivalen vocaal
de baas is en dat een vrouwtje hem kiest. Uit onderzoek bleek dat dialecten
heel normaal zijn: Hengelose koolmezen zingen hun lied altijd net een beetje anders
dan Deventer koolmezen.
Abonneren op:
Posts (Atom)